Bij Anthura zijn ze ervan overtuigd dat je anthurium en phalaenopsis onder LED met verrood licht goed kan telen. De afgelopen jaren is er zowel in de kassen met jonge phalaenopsisplanten als jonge anthuriumplanten ervaring opgedaan met deze nieuwe vorm van belichting. “We zijn voorzichtig, maar we moeten stappen zetten, zeker met de huidige energie-uitdagingen. Tegelijkertijd blijven we de kansen onderzoeken om het nog beter te doen”, aldus teeltmanager Peter Vogel.

Tijdens het gesprek op de locatie in Bleiswijk, waar 150 soorten anthuriums worden geteeld, is naast de teeltmanagers Peter Vogel (locatie Nederland) en Haye Radersma (locatie Duitsland) teeltonderzoeker Marcel van Twist aangeschoven. Want de stap van SON-T naar LED op de vestigingen in Bleiswijk en het Duitse Burlo is niet van de ene op de andere dag genomen, daar wordt al vijftien jaar onderzoek naar gedaan.
“De wisselwerking tussen teelt en onderzoek is cruciaal om een optimale plant te produceren”, zegt Peter Vogel. “Elke stap die je zet, roept weer vragen op. We sparren daarover met de teeltonderzoeksafdeling, om samen een antwoord te vinden en tot nieuwe oplossingen te komen.”

Groeiverschillen

Het LED-spectrum gedurende de eerste onderzoeksjaren was heel eenvoudig: dit bestond uit blauw en rood licht. Gekeken werd naar wat de invloed van LED op de groei van de planten was. Daarbij ging het onderzoek in de kassen in Nederland en Duitsland, waar 400 soorten phalaenopsis worden geteeld, gelijk op. Met alleen een lichtbron vervangen, ben je er niet, zegt Marcel van Twist.
“Dat verklaart niet alles. Je hebt ook met zaken als straling en spectrum te maken. We zagen groeiverschil, maar waardoor kwam dat? Licht? Planttemperatuur? Verdamping? Wat is de invloed van het spectrum? Of zien we iets over het hoofd? Daarnaast heb je met gewas- en rasverschillen te maken. Het optimale spectrum voor het ene ras hoeft niet dat van het andere ras te zijn.”

Schaduwplanten

De opkweek van de jonge anthurium- en phalaenopsisplanten ligt rond de 25 weken. Onze planten reageren trager op verschillen dan gewassen als tomaat of chrysant, aldus Van Twist. “We zagen dat de jonge planten anders op een bepaald spectrum reageerden dan in de reeds beschikbare literatuur beschreven stond. Het vermoeden is dat dat komt omdat beide planten schaduwplanten zijn, terwijl veel onderzoek in lichtminnende gewassen is gedaan. Je begint al met een kennisachterstand, je moet zelf veel onderzoek doen. We zagen bijvoorbeeld dat er verschil ontstond omdat SON-T in tegenstelling tot LED invloed heeft op de plant- en substraattemperatuur. Daar moet je op compenseren. Dan komt de teelt in beeld.”

Versnelling door energiecrisis

Voor de locatie van Anthura in Bleiswijk is voor LED-belichting van MechaTronix gekozen. Bij die keuze is het bedrijf niet over een nacht ijs gegaan. Daar is een periode van gedegen onderzoek aan vooraf gegaan, dat al ver voor de energiecrisis werd ingezet. “We hadden in onze kassen SON-T-lampen van 600 en 1.000 watt hangen”, vertelt Peter Vogel. “Op een gegeven moment waren de 600 watt-lampen aan vervanging toe. LED was in opkomst, ik wilde die mogelijkheid zeker meenemen, omdat we in de basis warmte in de kassen over hadden.”
Hij stapte naar de teeltonderzoekers met de vraag wat een goed lichtrecept voor anthurium kon zijn. “Als je overstapt op een andere lichtbron, heeft dat invloed op de energiehuishouding van de plant. Ik wilde weten of we met een standaard lichtrecept uit de voeten konden of naar een eigen lichtrecept toe moesten. Dan is het fijn dat je op eigen teeltonderzoek kan terugvallen.”
De nieuwe lichtbron moet breed inzetbaar zijn: er mogen geen broodrassen uitvallen, maar liever ook geen kleinere rassen. “Dat zijn dilemma’s die je voorlegt aan de fabrikant. We dachten dat we rustig de tijd hadden om over de nieuwe belichting na te denken. Maar toen kwam de energiecrisis en moesten we versneld keuzes maken.”

Verrood toevoegen

De ontwikkelingen op het gebied van LED zijn in een versneld tempo doorgegaan, met nieuwe vragen tot gevolg. Investeren in LED betekende niet alleen dat er een keuze moest worden gemaakt in het gebruik van het kleurenspectrum, maar ook of we wel of niet verrood wilden toevoegen, aldus Vogel. “Verrood is schakelbaar. Het voordeel daarvan is dat je het kunt uitzetten als er genoeg verrood door daglicht in de kas komt. Dat geeft een besparing op energie. Daarnaast lijkt het erop dat het toevoegen van verrood in met name de donkerste tijd van het jaar de groei van de planten verbetert.”
Maar, zo zegt hij, met een nieuwe lichtbron moeten ingrijpende beslissingen worden genomen. “Doen we niets fout als we deze lamp met dit lichtrecept gebruiken bij deze teelt? Je trekt niet aan één touw, maar aan een stuk of vijf tegelijkertijd: licht, temperatuur, klimaat, et cetera. We hebben veel klanten. Als je een fout maakt en de planten worden niet geleverd, dan heb je wel een ondernemersrisico voor al je klanten genomen.”

Voortdurende zoektocht

De locatie in Bleiswijk heeft nu een jaar met LED gedraaid. Vogel durft de volgende stap te zetten, maar is ook nog steeds lerende. “Je ziet verschil in plantopbouw ten opzichte van SON-T. Dat hoeft niet negatief te zijn. Zo hebben de planten bij LED in de winter veel minder de neiging om te strekken in vergelijking met SON-T. Met hybride hebben we een betere plant in het belichtingsseizoen. Dan rijst de vraag: wat zijn de mogelijkheden van deze lampen om sturing aan het gewas te geven?”
In een 3 ha grote kas met uitgangsmateriaal wordt met full LED gewerkt; in een productiekas van 3 ha wordt nu nog een hybride systeem gebruikt, maar de insteek is om ook hier over te schakelen. Voor de komende winter zijn twee productiekassen van elk 1,5 ha naar full LED gezet. De volgende uitdaging komt er alweer aan, aldus Vogel. “We hebben een paar afdelingen die minder warmtebehoeftig zijn, maar die mogen we niet koud laten worden. Daar waar nodig moeten we die bij verwarmen. Dat is een volgende zoektocht die we hebben.”

Meerdere mogelijkheden testen

In de Duitse vestiging is voor een andere route gekozen, vertelt teeltmanager Haye Radersma. In de 11 ha grote phalaenopsiskwekerij zijn in november 2021 LED-lampen van leverancier Dutch Lighting Innovations (DLI) opgehangen. “We zijn begonnen met 1 ha hybride belichting, dit houdt in dat de helft van de SON-T-lampen in een dambordpatroon is vervangen door LED. Daarnaast is direct in een proefkas van 750 m² full LED opgehangen; twee banen met verrood en twee banen zonder verrood. Het idee daarachter was om tegelijkertijd zoveel mogelijk mogelijkheden te testen en ervaring op te doen.”
Radersma zag dat in de winter van 2021-2022 met het dambordpatroon met dezelfde hoeveelheid groeilicht minder stroom werd verbruikt. “Een LED-lamp gebruikt ten opzichte van SON-T ongeveer 40 procent minder stroom, maar we zagen wel dat we meer warmte moesten toevoegen, waardoor de werkelijke energiebesparing rond de 25 procent zal liggen.” In de proefkas met full LED constateerde hij een betere start en groei van de orchideeën op de banen waar verrood was toegevoegd ten opzichte van banen zonder verrood.
Maar er waren ook aandachtspunten. “De eerste lampen waren vaste lampen met een spectrum van 90 procent rood, 5 procent groen en 5 procent blauw. Een nadeel hiervan is dat het licht erg roze is. Er was te weinig wit licht voor het werken in de kas en het beoordelen van de planten.”

Variëren met spectra

Toen met de Oekraïneoorlog de energiecrisis zijn intrede deed, hadden ze op de Duitse locatie voldoende ervaring opgedaan om de stap te durven nemen om in bijna het hele bedrijf naar hybride over te schakelen. Tegelijkertijd is op 1 ha productieafdeling een start met full LED gemaakt. Gekozen werd voor dimbaar PAR-licht en aparte schakelbare armaturen voor verrood. Het spectrum is nu 80% rood, 15% groen en 5% blauw.
“Voorlopig brengen we geen wijzigingen meer aan”, zegt Radersma. “We willen eerst voldoende kennis opdoen met de huidige nieuwe technieken en mogelijk naar een lamp toe waarmee we verschillende spectrums kunnen variëren door de dag of teeltfase heen.”
Willen we nog energiezuiniger gaan telen, dan is full LED de toekomst, denkt Radersma. Maar, zegt hij, de energiebesparing is niet zo groot als waar de leveranciers mee schermen. “Met LED met dezelfde PAR-belichting kun je weliswaar 40 procent energie besparen, maar de teeltaanpassingen die nodig zijn, doen een deel van de energiebesparing weer teniet. Hiervoor kun je echter wel grotendeels laagwaardigere energie gebruiken. Ik denk dat je meer bespaart door het daglicht dat je krijgt optimaler in te zetten en met dimbare LED’s mee te bewegen met het beschikbare zonlicht.”

Positieve verrassingen

Zoals gezegd zit er nog een groot doorontwikkelingstraject in LED. Het onderzoek richt zich de laatste tijd op de dynamische inzet van deze lampen, besluit Van Twist. Het blijkt dat phalaenopsis daar goed mee kan omgaan, maar dat anthurium daar moeite mee heeft. Dat heeft met het type fotosynthese te maken, zegt hij. “Met het dynamisch inzetten bekijken we of het mogelijk is LED-licht bij dure stroom zo te dimmen dat de plant nog wel groeit, maar die groeiachterstand inhaalt als we meer zonlicht hebben of bij goedkopere stroom meer licht geven. Dat zit in de onderzoeksfase, dat passen we nog niet in de praktijk toe. Maar we zien al wel verrassende effecten.”

Tekst: Annemarie Gerbrandy, beeld: Michel Heerkens