Nu de belichte teelt in aardbeien zo’n vlucht heeft genomen staat het volgende zachtfruitgewas al te popelen. Vooral bij braam is nog een wereld te winnen, omdat telers het gat in de winterproductie nog niet kunnen dichten. LED’s, die je door hun ‘koele’ licht makkelijk tussen het gewas kunt hangen, zouden wel eens kansen kunnen bieden voor deze teelt.

Paprikateler Wouter van den Bosch in Bleiswijk heeft dit jaar een hectare bramen onder glas geplant. In deze voor hem compleet nieuwe kasteelt heeft hij ook een proefje met LED’s. Zeer regelmatig bezoekt hij het Delphy Improvement Centre in dezelfde plaats, omdat daar een proef is gestart met de teelt van belichte frambozen en bramen die als doel heeft de productie te vervroegen en mogelijk te verhogen. Het is een eerste oriëntatie op eigen initiatief van het onderzoekscentrum. Partner Philips Lighting ondersteunt het programma, evenals meerdere bramentelers.
Bij het naastgelegen Wageningen University & Research is eveneens onderzoek gaande met LED’s in de bramenteelt, uitgevoerd door studenten en voor een deel gefinancierd door Driscoll’s (zie Onder Glas, maart 2018). Daar ligt het accent op het verhogen van de productie bij gangbare plantdata, niet op vervroegen.

Ruimte in de markt

Willem van Eldik is als teammanager kleinfruit van Delphy betrokken bij dit onderzoek. Hij ziet dat er in de markt ruimte is voor kasbramen, die een groot vruchtgewicht, goede smaak en houdbaarheid hebben. “De kasteelt van bramen is nog niet oud. In 1986 zijn de eerste potten in tunnels geplaatst”, legt hij uit. “Sindsdien is de teelt langzaam uitgebreid.”
Door de groeiende belangstelling voor ‘superfoods’ neemt de vraag naar bramen de laatste jaren sterk toe. De Nederlandse telers zijn nu in staat om een aantal teelten per jaar te zetten, meestal twee onder glas en twee onder kappen of in tunnels. Zij oogsten van half april tot eind december. Daarna zijn ze 3,5 maanden uit productie.
Consumenten moeten het in de wintermaanden zonder bramen doen of met product van veel mindere kwaliteit. Dat geldt minder voor frambozen, want die komen dan uit Spanje, Portugal of Marokko en zijn goed van kwaliteit. In die periode is het moeilijk om bramen te telen in Zuid-Europa. Om het gat tijdens de wintermaanden op te vangen zou belichten een optie zijn.

Top- en tussenlicht

De proefafdeling is daarom ingericht met 120 µmol/m2/s toplicht en twee strengen tussenlicht van 80 µmol/m2/s, samen goed voor 200 µmol/m2/s. Dit vermogen is ongeveer vergelijkbaar met het onderzoek naar 100% LED’s bij tomaten.
“Vanwege de groeiwijze van braam en framboos is gekozen voor een flinke dosis tussenlicht, zodat we het kunstlicht beter over het gewas verdelen”, legt onderzoekster Lisanne Helmus-Schuddebeurs uit. De bramen staan wijder uit elkaar dan tomaten en bloeien van beneden tot boven over de hele lengte van de plant. Bovendien hebben bramen over de hele stengel verdeeld wel 20 tot 25 actieve knoppen, die in staat zijn om uit te lopen en vruchten te produceren als de plant goed is opgekweekt.
In dezelfde afdeling staat ook een frambozengewas. Dit gewas volgt dezelfde behandeling. De bramen doen het duidelijk beter. Helmus: “We wisten dat de frambozen het zwaarder zouden krijgen als we op bramen stuurden, maar zo’n groot verschil hadden we niet verwacht. Maar er zouden ook andere factoren mee kunnen spelen dan klimaat.”

Floracanes

De planten van twee verschillende rassen (Loch Ness en Astrina) staan in vierkante potten die gevuld zijn met kokosgruis. In een pot staat één plant met vijf tot zes stengels. Deze zogenaamde floracanes zijn al een jaar ervoor opgekweekt als long cane. Dat is een plantvorm waarbij in het eerste jaar een houtige stengel wordt gevormd, waar in het tweede jaar bloemen en vruchten aan komen. Voor het planten is een deel van het uitgangsmateriaal een maand in de koelcel gezet en het andere deel komt rechtstreeks vanaf het opkweekveld.
De planten zijn op 20 november in de kas gezet. Dat is zes weken eerder dan in een onbelichte teelt gebruikelijk is. De proefnemers wilden de productie met zes weken vervroegen en dat is inmiddels gelukt. De eerste bramen zijn vóór 1 maart geoogst. Van Eldik: “De vroege onbelichte teelt haalt ongeveer vijf tot zes kilo per vierkante meter. Wij hopen het hier nog beter te doen.”

Veel bloemen en vruchten

Over de combinatie braam en belichten is zo goed als niets bekend. Zo is nog niet duidelijk hoe de planten reageren op lichtintensiteit, lichtkleur of daglengte. Daarom is voor een standaard belichtingsplan gekozen dat in andere vruchtgewassen voldoet. De lampen branden 18 uur per etmaal. Momenteel wordt het toplicht afgeschakeld bij 300 watt natuurlijke instraling en het tussenlicht bij 500 watt.
De eerste resultaten zien er goed uit. Van Eldik constateert dat zich veel bloemen en vruchten kort op het hout ontwikkelen, meer dan in de onbelichte teelt. “Maar de scheutgroei die voor het vervolg van de teelt belangrijk is, lijkt iets achter te blijven. De eerste oogst is goed, zelfs boven verwachting, maar de vruchtkwaliteit kan nog iets beter.”
De telers volgen het project op de voet. Het zijn voornamelijk telers die al langer zachtfruit telen. Voor Van den Bosch ligt dit anders. Hij gaat voor het eerst bramen oogsten, maar heeft juist weer ervaring met klimaatomstandigheden vanuit de vruchtgroenteteelt. Dat geeft een mooie dynamiek tijdens de bijeenkomsten, want over klimaat is het laatste woord nog niet gevallen.
“Ik vind het een interessant gewas en ben vooral aan het inregelen. Niet alleen het klimaat, maar ook de logistiek rond de oogst”, vertelt hij. Zijn paprika’s zet hij af via telersvereniging Harvest House. De bramen gaan straks naar Fruitmasters.

Ander teeltsysteem

Van Eldik filosofeert over de toekomst van de bramenteelt in Nederland. Er is volgens hem voldoende ruimte op de markt voor wat uitbreiding, mits de kwaliteit goed is. “Straks moeten we misschien naar een teeltsysteem met twee kassen, waar in iedere kas twee teelten komen te staan die elkaar afwisselen. Dan wordt het mogelijk om een gelijkmatige jaarrondproductie tot stand te brengen.”
Voordat het zover is zal er ook aan de opkweekkant veel moeten gebeuren. Planten moeten geschikt zijn voor het verschuiven van plantdata en het koelprogramma moet worden aangepast. “We zullen zeker nog aan het plantmodel moeten werken en veranderingen aanbrengen in de opkweek, maar dat geldt voor de totale bramen- en frambozenteelt. Er zijn dus nog wat slagen te maken”, denkt hij. “Nu zijn er nog te veel teelten die onvoldoende renderen.”
Met deze eerste oriënterende proef is nog maar een begin gemaakt van een nieuwe denkrichting. Helmus geeft aan dat zij voor een vervolg de frambozen en bramen in twee verschillende afdelingen wil telen, want de framboos heeft geleden onder het klimaatregime van de braam. Dat er een vervolg komt ligt wel in de lijn der verwachting. Van Eldik verwacht nog veel leuke gesprekken te voeren met telers om de teelt verder te verbeteren.

Samenvatting

Op een onderzoekslocatie in Bleiswijk is gestart met belichtingsproeven bij braam en framboos. De eerste resultaten van dit onderzoek met LED’s zijn positief. De achterliggende gedachte is om van deze zachtfruitgewassen een jaarrondteelt te maken. Met uitsluitend onbelichte teelten valt er een gat van 3,5 maanden in de productie. Naast de zachtfruitsector volgt ook een paprikateler, die recent een bramenteelt is gestart, de proeven met grote belangstelling.

Tekst en beeld: Pieternel van Velden.





Gerelateerd