Van den Berg Roses is één van de twee rozenbedrijven die werkt met oogstassistent GearRover. Begin september werd een eerste oogstwagen op de kwekerij uitgerust met camera’s, speciale software en een laser, om zo medewerkers te helpen beoordelen of rozen al dan niet oogstrijp zijn. Hoewel het volgens bedrijfsleider Sander van Winden een traject van zoeken en leren is, ziet hij duidelijk potentie.

Van den Berg Roses in Delfgauw stond de afgelopen jaren mede aan de wieg van de ontwikkeling van de oogst assistent. Het bedrijf trok hierbij samen op met rozenkwekerij Porta Nova in Waddinxveen en machinebouwer Gearbox. “Vorig jaar was er een werkend prototype, inmiddels zitten we in de validatiefase en testen we de wagens op grotere schaal in de praktijk. Een half jaar geleden schaften we dertig stuks aan van het basismodel van de GearRover. Deze zetten we in op een afdeling van vijf hectare”, zegt Sander van Winden.
“Hoewel ze niet zijn uitgerust met camera’s en laser hebben ook deze basismodellen al een duidelijke toegevoegde waarde. De oogstwagens zijn namelijk elektrisch en medewerkers hoeven deze dus niet meer vooruit te duwen, zoals voorheen het geval was. Ook staan de medewerkers op een plateau, waardoor ze een beter zicht hebben op het gewas en het rijpheidsstadium beter kunnen beoordelen. Door dit alles is de oogst- en pluissnelheid de afgelopen maanden flink omhoog gegaan.”

Met camera rijpheidsstadium bepalen

Begin september werd één van de oogstwagens van het rozenbedrijf uitgebreid met de oogstassistentmodule, die onder meer bestaat uit twee camera-units en een laser. Op die manier krijgen medewerkers hulp bij het bepalen of een roos al dan niet oogstrijp is. “De camera’s brengen met behulp van artificial intelligence het rijpheidsstadium van de roos in kaart en de laser wijst vervolgens aan welke rozen al dan niet geknipt kunnen worden”, licht Van Winden toe. “Dit klinkt eenvoudig, maar omdat dit een heel nieuw systeem is vergt het behoorlijk wat inspanningen om de algoritmes op de juiste manier te trainen. Het is zoeken en leren.”
Het rozenbedrijf maakte in eerste instantie, aan de hand van fotosessies, een objectieve beoordeling van de diverse rijpheidsstadia van een roos. Deze informatie werd toegevoegd aan de algoritmes. “We stellen nu iedere dag in welk rijpheidsstadium we willen oogsten. Inmiddels weet de laser al behoorlijk wat van de totale oogstrijpe productie aan te wijzen. Dat is boven verwachting. Maar de uitdaging ligt onder meer in het feit dat de vorm, hoogte en breedte van de knoppen gedurende het seizoen veranderen, waardoor de camera deze anders gaat beoordelen.

Meer grip

Ook worden rozen die wat lager staan soms nog niet gedetecteerd, terwijl ze wel oogstrijp zijn. “Daar moeten we nog meer grip op krijgen, om zo de oogstondersteuning verder te kunnen optimaliseren. Dit betekent dat je het algoritme continu moet blijven voeden met informatie, zodat ‘ie uiteindelijk een zo compleet mogelijk plaatje krijgt. Maar desondanks ben ik positief: volgend voorjaar hopen we ook enkele andere van onze oogstwagens te kunnen uitrusten met camera’s en een laser.”

Makkelijk terug te verdienen

Van Winden verwacht dat de oogst assistent redelijk snel kan worden terugverdiend. “Vooral het feit dat hiermee het percentage rijpe en rauwe rozen is teruggebracht, is een belangrijk winstpunt. Daarnaast werkt de robot nieuwe medewerkers snel in, waardoor zij in een mum van tijd op volle kracht kunnen meedraaien. Ook dat is een groot voordeel, zeker nu de arbeidsmarkt steeds krapper wordt. Of de assistent ook winst oplevert bij ervaren medewerkers, dat is nog de vraag. Dat bepaalt of we op termijn al dan niet volledig zullen switchen naar deze oogstwagens. Maar dat deze innovatie toekomstpotentie heeft, dat is wel duidelijk.”
Van Winden hoopt op termijn ook de data die de robot vergaart te kunnen verzilveren. “De GearRover verzamelt veel gegevens over groeistadia en andere relevante gewaseigenschappen. Dit kan bijvoorbeeld helpen het maken van gedetailleerde oogstvoorspellingen. Dat is een volgende stap, waarmee ook nog een wereld te winnen is.”

Tekst: Ank van Lier, beeld: LD Photography