Afgelopen voorjaar werden de eerste komkommers gesneden in het teeltconcept PlantyFood. En in januari van dit jaar oogstte student/ondernemer Patrick Stoffer in Deventer zijn eerste sla in de Leafy Green Machine (LGM), een volledig voor vertical farming ingerichte container van Amerikaanse origine. Beide geconditioneerde teeltconcepten maken tuinbouw mogelijk waar dat tot voor kort niet of nauwelijks kon.

Het was een feestelijk moment in de eetzaal van woon- en zorgcentrum Humanitas in Deventer. Op 5 januari at een selecte groep bewoners – ouderen en enkele studenten – de eerste sla die volledig was opgegroeid in de Leafy Green Machine die op 10 november in gebruik was genomen door medebewoner Patrick Stoffer.
“Het is een niet-geplande spin-off van mijn afstudeeropdracht, waar ik een jaar geleden aan begon”, licht Stoffer toe. “Die bestond uit het bedenken van een gerecht dat qua samenstelling, herkomst en productiewijze volledig lokaal geproduceerd moest kunnen worden. In eerste instantie dacht ik aan een klassieke moestuin, maar daarbij loop je tegen beperkingen aan die samenhangen met de seizoenen. Een zoektocht naar alternatieven leidde mij naar het jonge bedrijf Freight Farms uit Boston in de Verenigde Staten, dat een volledig geconditioneerd, hightech teeltsysteem in gerenoveerde zeecontainers had ontwikkeld voor stadslandbouw.”

Commercieel levensvatbaar

Het toeval wilde dat ook Horticoop op dat moment met de Amerikanen in gesprek was. De toeleverancier voor de tuinbouw had begin 2015 de ambitie uitgesproken om de mogelijkheden voor city farming te verkennen en producten en diensten te ontwikkelen die in dat verband commercieel perspectief boden.
“Commerciële levensvatbaarheid vinden wij een vereiste, want city farming moet niet afhankelijk zijn van subsidies”, zegt Marinus Luiten van het projectbureau van Horticoop. “Het LGM concept is nu zo’n vijf jaar oud en heeft die potentie, bleek uit onze verkenning. Het moet mogelijk zijn om bladgewassen en kruiden te telen voor een kostprijs die in de buurt ligt van biologisch geteelde producten. De teeltkosten liggen weliswaar hoger, maar daar staan lagere distributie- en afzetkosten tegenover. Het is een mooi nicheproduct voor ultralokale teelt.”
De Amerikanen brachten Stoffer en de toeleverancier bij elkaar. Zij werkten samen een voorstel uit voor een pilotproject in Deventer en namen het vliegtuig naar Boston. Stoffer volgde de meerdaagse training tot ‘freight farmer’ op de bedrijfscampus en Luiten rondde het contract af dat de tuinbouwcoöperatie het exclusieve recht verleent om dit concept in Europa in de markt te zetten. Enkele dagen later ging de eerste container op transport.

Volledig toegerust

De 40-voets container bevat alle componenten die nodig zijn om bladgewassen vanuit zaad tot een oogstbaar product te kunnen opkweken: kiemtrays met substraatplugjes, (verticale) teeltgoten, een gesloten irrigatiesysteem met doseerunits voor vloeibare meststoffen, EC- en pH-regeling en ontsmetter, tussen de teeltgoten hangende LED-verlichting, airco, een werkbank en stromend water met gootsteen. Accessoires zoals latex handschoenen en desinfectievloeistof worden standaard meegeleverd om de eerste drie maanden te kunnen overbruggen.
“Hygiënisch werken is een must, want we gebruiken geen gewasbeschermingsmiddelen”, vertelt Stoffer, terwijl hij een teeltgoot met sla van de rails haalt en op de werkbank legt. “Het systeem blinkt uit in eenvoud. Elke teeltgoot bevat twee kunststof matten met een open structuur, waartussen de plantjes en de katoenen strook die het voedingswater verdeelt worden ingeklemd. Alle setpoints zijn te bedienen via de procescomputer in de container en via de app op mijn smartphone. Heel handig.”
Hij teelt inmiddels twee soorten sla, snijbiet, misumablad, choi sum (paksoi) en raapsteeltjes. “Genoeg voor de lekkere salade die ik mijn 130 medebewoners wil voorzetten”, zegt hij enthousiast.

Eind 2018 breakeven

Naast sociaal betrokken, jonge ondernemers in steden ziet Luiten ook perspectief in de horeca. Nu de pilot in Deventer draait – vooralsnog met succes – denkt hij in de loop van dit jaar meerdere units te kunnen afzetten. “In de Verenigde Staten is de LMG een succes”, zegt hij. “Greenline Growers in Boston heeft zelfs vier units met verschillende klimaat- en lichtregimes, waarin het een keur aan bladgewassen en kruiden teelt. Hoe het in Europa gaat lopen, kan ik nog niet voorspellen. Eind volgend jaar hopen we voor dit concept een aparte businessunit te hebben, die zichzelf kan bedruipen.”

Samenvatting

Nieuwe hightech teeltsystemen maken het mogelijk om dicht bij de consument jaarrond verse, schone en gezonde groenten te produceren, waar ook ter wereld. In Deventer is een pilotproject met het kleinschalige Amerikaanse concept, een volledig voor vertical farming ingerichte container. Nederlandse toeleveranciers mikken vooral op grootschalig maatwerk voor gebieden met een extreem klimaat.


Maatwerk voor jaarrond productie

Certhon uit Poeldijk heeft ruime ervaring met het ontwikkelen en realiseren van gesloten en semi-gesloten teeltruimten. Het mikt vooral op professionele turnkey projecten voor blad- en vruchtgewassen. Ook op plaatsen waar tuinbouw nu nog ontbreekt, zoals gebieden met een extreem klimaat. Het teeltconcept PlantyFood is de nieuwste loot aan de stam van het innovatieve bedrijf.
“Wij bieden maatwerk in teeltoplossingen die beperkende omgevingsfactoren uitsluiten en volledige controle op teeltfactoren mogelijk maken”, zegt consulting engineer Damion Schwarzkachel. “Maximale productie bij een minimaal energie- en waterverbruik is het uitgangspunt.”
Het teeltconcept is daar expliciet voor ontwikkeld. Het is een volledig gesloten, goed geïsoleerde teeltruimte die we volledig op de behoefte van de klant kunnen dimensioneren en inrichten. Speciale, watergekoelde LED-verlichting maakt het mogelijk om zonder daglicht jaarrond uitstekende teeltresultaten te realiseren. “Het combineert bewezen technologische innovaties tot een hoogwaardig totaalproduct”, aldus Schwarzkachel. “In het afgelopen jaar hebben we aangetoond dat hiermee hoge producties mogelijk zijn en dat de geteelde tomaten en komkommers smaakvol, altijd vers, schoon en gezond zijn.”

Vraag neemt snel toe

Hoewel het concept ook geschikt is voor kleinschalige stadslandbouw, mikt het bedrijf vooral op grootschaliger systemen voor regio’s met een uitdagend klimaat. “Zo zijn bevolkingsconcentraties overal en tegen aanvaardbare kosten te voorzien van lokaal geproduceerd, vers en gezond voedsel”, vervolgt de consulting engineer. “Wij denken hierbij onder andere aan het Midden-Oosten en aan bepaalde streken in Rusland, China en de Verenigde Staten. En gegeven de snel groeiende wereldbevolking, voortgaande verstedelijking, de toenemende schaarste aan schoon/zoet water, voorzien dergelijke efficiënte hightech systemen duidelijk in een groeiende behoefte.”


Tekst en foto’s: Jan van Staalduinen.

Gerelateerd