Sensoren zijn in opmars binnen de tuinbouw. De teler kan hiermee méér informatie op gewasniveau genereren en op deze manier zijn gewas beter sturen. Komkommerteler Van Lipzig experimenteert, als aanvulling op de reguliere meetapparatuur, sinds enkele maanden met de mogelijkheden van draadloze sensoren. “Sturen op harde cijfers zorgt voor optimale groeicondities én betere teeltresultaten.”

‘Meten is weten.’ Dat is het credo van Peter van Ninhuys, teeltmanager bij Van Lipzig Tuinderijen in Horst. “Afgelopen voorjaar ben ik gestart met een cursus ‘Het Nieuwe Telen’, om het gewas beter te kunnen sturen”, zegt hij. “Om deze reden ben ik me gaan verdiepen in de mogelijkheden van sensoren. Zo kwam ik uit bij het bedrijf 30MHz, dat draadloze sensoren levert. De prijzen vielen mee: voor ruim 160 euro heb je al een temperatuur- en RV-sensor. Daarnaast betaal ik per sensor één tot vier euro per maand aan gebruikskosten.”
Van Ninhuys investeerde onder meer in de Pointed Temperature Sensor. Die meet de oppervlaktetemperatuur van gewassen of objecten. De afgelopen maanden stonden voor de teeltmanager vooral in het teken van experimenteren. “Ik ben begonnen met het meten van de vruchttemperatuur, met als doel zonnebrand en Mycosphaerella te voorkomen. Dat is vooral aan het begin van het jaar een issue: dan is de zon fel, waardoor het risico bestaat dat de kas te snel opwarmt en de vruchten natslaan. Voorheen liep ik meestal even door de kas en voelde ik aan de komkommers, om te checken of ze nat dreigden te slaan. Of ik trok voor de zekerheid het scherm dicht als de zon doorkwam.”

Scherpst van de snede

Om de vruchttemperatuur te meten, wordt de genoemde sensor zo dicht mogelijk bij de plant bevestigd. Via een dashboard – dat Van Ninhuys ook kan inzien op zijn telefoon en waaraan meerdere draadloze sensoren kunnen worden gekoppeld – volgt de teeltmanager de temperatuurontwikkeling. “Dreigt het gewas nat te slaan, dan kunnen we snel actie ondernemen: meer luchten, het scherm dichttrekken of de verwarming omhoog draaien.”
De informatie over de vruchttemperatuur werd tevens gebruikt om de temperatuur van de groeibuis te optimaliseren. “We stellen ’s ochtends een bepaalde temperatuur in, om de vruchten op te warmen en te voorkomen dat ze natslaan. Omdat de sensor meer gedetailleerde informatie geeft over de vruchttemperatuur hebben we de groeibuistemperatuur de afgelopen periode met een graad of twee kunnen verlagen. Op deze manier besparen we energie terwijl de vruchten toch niet natslaan. We opereren dus op het scherpst van de snede.”

Minder problemen

Van Ninhuys zet de draadloze sensor daarnaast in voor het monitoren van de koptemperatuur. “Uitstraling heb je altijd, maar het is de vraag wanneer de uitstraling dusdanig hoog is dat je het scherm moet dichttrekken. Dit om te voorkomen dat de kop te zeer afkoelt ten opzichte van de worteltemperatuur en de worteldruk toeneemt. Om dit proces beter te beheersen – een reguliere meetbox geeft hier toch weinig inzicht in – heb ik de sensor boven op de kop gericht. Zie ik dat de koptemperatuur gaat dalen, dan trek ik het scherm dicht.”
De teeltmanager merkte al snel dat ook regen een groot effect heeft op de koptemperatuur: tijdens een fikse regenbui duikelde de temperatuur omlaag. “Toen heb ik het scherm snel dichtgetrokken. Het snel kunnen schakelen is vooral een voordeel in het voorjaar, wanneer zon en regen elkaar vaak snel afwisselen. De sensor is een bruikbare tool om de koptemperatuur stabiel te houden en daarmee de worteldruk te verminderen. En daardoor hebben we minder problemen.”

Dauwpuntbepaling

Van Ninhuys schafte daarnaast een draadloze temperatuur- en luchtvochtigheidssensor aan. Deze geeft, samen met de informatie van de temperatuursensor, inzicht in het dauwpunt op gewasniveau. Hiertoe worden de meetgegevens van beide sensoren verwerkt in een rekenformule, waarvan de uitkomst zichtbaar is in het dashboard. “We hadden twee meetboxen in iedere afdeling hangen, maar dat was eigenlijk niet voldoende. Dan weet je immers nog steeds niet hoe het drie rijen verderop is gesteld met het dauwpunt. Doordat we nu op gewasniveau weten wanneer het dauwpunt bereikt dreigt te worden, kunnen we gerichter en op het juiste moment actie ondernemen. Dit voorkomt schimmelproblemen.”
Niels Lauwers van 30MHz voegt toe dat de draadloze sensoren daarnaast arbeid besparen. “Om informatie te verkrijgen over bijvoorbeeld het dauwpunt of de planttemperatuur voeren telers vaak handmatige temperatuurmetingen uit, die ze vergelijken met de gegevens van de klimaatcomputer. Dit kost soms wel acht uur per week.”

Het hoe en wat

Het nog jonge bedrijf richt zich op het optimaliseren van de productieprocessen van bedrijven door middel van sensortechnologie. “De draadloze sensoren kunnen een heleboel zaken meten, waaronder de temperatuur van vrucht, blad en kop of de hoeveelheid bodemvocht. De teler bepaalt zelf waarvoor hij ze inzet”, zegt accountmanager Natasha Heiner.
Alle sensoren in een kas communiceren via een speciale frequentie met de gateway. Dit kastje is verbonden met internet en vraagt continu data op bij de diverse sensoren. Deze gegevens worden realtime doorgegeven aan het dashboard, dat telers kunnen inzien via hun computer, tablet of mobiele telefoon. De data kunnen, naar wens van de teler, ook visueel worden weergegeven, bijvoorbeeld in een grafiek.”
Het bedrijf wil in de toekomst een community opzetten van telers die werken met het sensorplatform, zodat zij ervaringen kunnen uitwisselen.

Standaard

De experimenten hebben Van Ninhuys vooral inzicht gegeven in wat sensoren kunnen betekenen voor het bedrijf. “Natuurlijk, één sensor is te weinig om je hele strategie op te baseren. Maar het is me wel duidelijk geworden dat sensoren een toegevoegde waarde hebben: deze stellen je in staat om te sturen op harde cijfers, en op deze manier de groeicondities en de resultaten te verbeteren.”
Nattevingerwerk hoort dus definitief tot het verleden. “Ik verwacht daarnaast dat de sensoren op termijn meer rust zullen geven: je kunt als teler immers vertrouwen en koersen op de resultaten. Het sensorplatform biedt daarnaast de mogelijkheid om een alarmfunctie in te bouwen, zodat je een melding krijgt als de gewastemperatuur te laag is.”
De teeltmanager wil het aantal sensoren komend jaar daarom uitbreiden; in eerste instantie naar één sensor per afdeling. “Het zou mooi zijn als het platform op termijn ook kan worden gekoppeld aan de klimaatcomputer. Dan kan ik het dashboard en de klimaatcomputer in één oogopslag in de gaten houden en gaat het scherm bijvoorbeeld automatisch dicht bij een bepaalde koptemperatuur.”
Van Ninhuys is ervan overtuigd dat sensoren uiteindelijk de standaard worden in tuinbouwland. “Door informatie op gewasniveau te verzamelen, kun je gerichter sturen en op deze manier problemen voorkomen en de plantgezondheid verbeteren. Dat vertaalt zich logischerwijs in betere teeltresultaten.”

Tekst en beeld: Ank van Lier