Hoewel het energieverbruik in de gerberateelt meevalt ten opzichte van sommige andere gewassen, staat ook hier energiebesparing volop in de belangstelling. In het vierde onderzoek op rij is voortgeborduurd op de optimale verhouding tussen lichtsom en etmaaltemperatuur. Ditmaal kreeg het werken met een spouwscherm extra aandacht. Spelen met de bestaande belichtingscapaciteit door variatie in daglengte blijkt nog een ingewikkelde opgave.

De kas is leeg en het gewas geruimd. Onderzoekster Nieves García van Wageningen University & Research en haar collega’s hebben het onderzoek naar maximale isolatie en lichtonderschepping bij gerbera afgerond. Adviseur Eugenie Dings van Flori Consult Group stond haar bij met adviezen uit de praktijk. Vier jaar lang is in drie afdelingen onderzoek gedaan naar energiebesparing.
In het eerste deel, dat twee jaar in beslag nam, lag het accent op belichting, waarbij SON-T en LED’s zijn vergeleken. Het tweede deel, ‘Gerbera in Balans’, richtte zich op de verhouding tussen lichtsom en etmaaltemperatuur en hoe deze productie en kwaliteit beïnvloeden. Het derde en afsluitende onderzoek met mini’s en grootbloemige gerbera’s vond plaats in het seizoen 2016/17, waarin maximale isolatie en lichtonderschepping centraal stonden.

Optimale isolatie

Voor het jongste en tevens laatste onderzoek, waarin energiebesparing weer een sleutelrol speelde, is de kas nog beter geïsoleerd. Voor de vochtbeheersing kreeg iedere afdeling verticale ventilatoren met een doorvoer door de schermen. De VentilationJet zuigt daarbij droge lucht van boven de schermen aan. De verticale ventilator onder de schermen mengt de drogere lucht met de kaslucht.
De drie afdelingen zijn uitgerust met drie schermdoeken op twee dradenbedden. Op het bovenste dradenbed ligt een combinatie van het energiebesparende klimaatscherm Luxous 1347 FR en een diffuus zonnescherm Harmony 3315 O FR.
Op het onderste dradenbed is het verduisteringsscherm Obscura 10070 FR WB+BW gemonteerd in de vorm van een spouwscherm met een tussenruimte van 5 tot 7 cm tussen de twee lagen van het doek. “Uit de metingen bleek dat het uit elkaar trekken van de doeken de verduisteringscapaciteit niet verandert”, vertelt García. “Voor de lichtdichtheid is het afdichten van alle kieren en de uitsparing voor de verticale ventilatoren veel belangrijker.”

Verschillende belichtingsstrategieën

Energiebesparing is ook gezocht in het beter benutten van de bestaande SON-T belichtingsinstallatie. Uit eerder onderzoek kwam naar voren dat in sommige gevallen een langere dag tot 13 uur in najaar en winter geen negatief effect heeft op het gewas, mits de totale lichtsom gelijk ligt aan die van de gebruikelijke daglengte (11,5 uur). De etmaaltemperatuur bleef daarbij onder 15°C. Daarom zijn in het laatste onderzoek drie daglengteregimes vergeleken.
Vanaf de start op 1 juli is tot 29 september in alle afdelingen een standaard daglengte van 11,5 uur aangehouden. In de referentieafdeling is deze daglengte gedurende de winter niet gewijzigd. In de twee andere afdelingen zijn langere daglengtes aangehouden. (zie grafiek en tabel).
De streeftemperaturen zijn voor iedere afdeling bepaald aan de hand van de daglichtsom. Daarbij mocht het koel blijven bij een lage lichtintensiteit en warmer naarmate de instraling toenam. Volgens de principes van Het Nieuwe Telen (HNT) ging de temperatuur met het licht mee omhoog en de ramen bleven zoveel mogelijk dicht om vocht en CO2 binnen te houden. In de referentieafdeling is zoveel mogelijk het temperatuurregime aangehouden zoals de praktijk deze hanteert. Dit is een lichtafhankelijke strategie die in de loop der jaren door Flori Consult Group in samenwerking met telers is ontwikkeld.

Referentie presteerde beter

Uit het onderzoek van het jaar ervoor bleek tevens dat het lichtafhankelijk telen, dus de etmaaltemperatuur aanpassen aan de lichtsom, meer bloemen van goede kwaliteit geeft. Het gewas reageerde verrassend goed op de combinatie van een hele hoge lichtsom en hoge etmaaltemperatuur. “We zijn in het laatste onderzoek met ons klimaatregime te ver gegaan. Op zomerse dagen bij hele hoge daglichtsommen is de temperatuur opgelopen tot 32°C. In die periode halveerde wel de uitgroeiduur van de bloemen, maar het ging ten koste van de kwaliteit”, constateert de onderzoekster. De productie bleef hoog, maar het bloemgewicht, de bloemdiameter en de houdbaarheid namen daardoor af.
Uit de jongste resultaten blijkt dat het geleidelijk verlengen van de dag in de winter tot maximaal 13 of 15 uur, met evenredige verhoging van de etmaaltemperatuur (minimaal 16°C) de uitgroeiduur van de bloemen niet verkortte. De langere dag gaf ook niet de verwachte verhoging van productie in aantal stelen of grotere bloemdiameter. Sterker nog: de productie in de referentieafdeling met korte dag lag beduidend hoger dan in de twee andere behandelingen, tussen de 6,8 en 8,6% afhankelijk van het ras.

Lange stelen

Opvallend was het verschil in steellengte. Bij drie van de vier rassen was het verschil zelfs 10 cm ten opzichte van de referentieafdeling met korte dag. “Bij sommige rassen heeft dit een negatieve invloed op de kwaliteit. Takken die te lang werden vonden te weinig steun en vielen om. We zagen niet alleen ‘rek’, maar ook een toename in takgewicht. Verlengen van de daglengte voor hogere lichtsommen en hogere etmaaltemperatuur in de winter geeft dus wel groei, maar vooral vegetatieve groei. Dat zag je ook aan de bladeren, die aanzienlijk langer en zwaarder werden”, constateerde de onderzoekster.
Energiebesparing door de verschillende daglengtes heeft dit laatste onderzoek niet opgeleverd. De langere dagbehandelingen besparen energie in de vorm van warmte (gas), omdat de lampen warmte afgeven. Die besparing wordt weer teniet gedaan door de elektriciteit die nodig is voor de lampen. Daarom was het energieverbruik in de referentieafdeling het laagst.

Scherm met spouw

Voor het belichten is tussen 1 november en juni 94,2 kWh/m2 gebruikt en voor verwarmen 10,8 m3/m2. “Als je zo weinig warmte-input nodig hebt, kun je met wat warmte oogsten in de zomer snel warmteneutraal telen”, concludeert de onderzoekster.
Het is niet mogelijk uitspraken te doen over de energiebesparing die het spouwscherm zou kunnen geven, omdat alle afdelingen hetzelfde scherm hadden en verschillende klimaatregimes en dus geen verschil kon worden bepaald. In onderzoek bij paprika met een spouwscherm, is wel een besparing gemeten van 17%, maar dan in vergelijking met een enkel energiescherm. García verwacht niet dat twee verduisteringsdoeken met een spouw ertussen, in combinatie met een energiescherm erboven, evenveel effect hebben. “Naar verwachting is dat de extra energiebesparing een paar procent is. De meerwaarde van de spouw moet je dan vooral zoeken in de betere beperking van uitstraling. De temperatuur van het onderste scherm ligt dichter bij de planttemperatuur dan in de situatie zonder spouw.”
Haar collega’s werken nog aan metingen in de praktijk op een chrysantenbedrijf mét en zonder een spouwscherm. Deze metingen zullen waarschijnlijk uitwijzen hoeveel een spouwscherm werkelijk bespaart.

Gelaagde temperatuur

Op het einde van het onderzoek, na 30 juni, zijn in één afdeling de twee schermlagen weer tegen elkaar aangelegd om temperatuurmetingen te kunnen doen aan beide lagen en aan het gewas in de zomersituatie. “Uit die metingen lezen we een mooie temperatuurgelaagdheid af, net als in de rest van het jaar. In de zomer zagen we geen verschillen in uitstraling tussen wel of geen spouw. Dit hebben we gemeten met een nettostralingsmeter in iedere afdeling We merkten wel dat warmte iets langer blijft hangen in een scherm met spouw en dat klinkt ook logisch.”

Temperatuur sturen op PAR-som

Hoewel dit onderzoek de verwachtingen niet heeft bevestigd, is er in dit proefjaar veel geleerd. Er zijn veel gegevens vastgelegd zoals plantbelasting, uitgroeiduur, steellengte, bloemdiameter en gewicht. Met deze data kan verder worden gewerkt aan toekomstige teeltstrategieën. “Je kunt dus stellen dat de bijvangst groter is dan de hoofdvangst”, concludeert Dings. “Het onderzoek heeft telers aangezet om de lichtafhankelijke temperatuursturing verder te ontwikkelen.”
De ondernemers die samen ongeveer 75% van het gerbera-areaal vertegenwoordigen, werken inmiddels met een PAR meter. Het geautomatiseerd temperatuur sturen op basis van de gemeten PAR-som maakt een grote ontwikkeling door. Leveranciers van klimaatcomputers kunnen hun klimaatmodules weer beter ontwikkelen op basis van klantwensen.

Groeimodel

Gedurende het onderzoek zijn in alle afdelingen datasets opgebouwd voor het inregelen en toetsen van het ‘Gerbera Groeimodel’. Metingen aan nachtademhaling, uitgroeiduur en levensduur van het blad geven nieuwe informatie, die adviseurs en telers goed kunnen gebruiken in hun dagelijkse praktijk.
De weg ligt dus inmiddels open naar een goed teeltrecept voor een energiezuinige teelt, maar het is nog zoeken naar de randvoorwaarden. “We zijn nog steeds op zoek naar de juiste verhouding tussen lichtsom en etmaaltemperatuur voor de verschillende seizoenen”, legt García uit. “Van veel licht en lage temperatuur wordt de groei traag en de kwaliteit te zwaar. Bij veel licht en hoge temperatuur versnelt de uitgroeiduur enorm, maar neemt de kwaliteit af. Ergens daartussen ligt de balans.”
Voorlopig is dit het laatste onderzoek in de serie energiebesparende proeven. Dit onderzoek is gefinancierd vanuit het programma Kas als Energiebron van het ministerie van LNV en LTO Glaskracht en door de gewascoöperatie Gerbera. Het is uitgevoerd bij Wageningen University & Research. In de begeleidingscommissie zaten telers en adviseur Dings.

Samenvatting

In het vierde onderzoek naar energiebesparing bij gerbera lag het accent op maximale isolatie en lichtonderschepping. Naast een energiebesparend klimaatscherm en een diffuus scherm kregen de afdelingen een verduisteringsscherm met spouw. Het werken met een langere dag leverde geen beter resultaat op dan de referentieafdeling. De referentieafdeling presteerde ook het beste op energiebesparing. Diverse metingen in het onderzoek geven nieuwe informatie die adviseurs en telers goed kunnen gebruiken in hun dagelijkse praktijk, zoals het sturen van de temperatuur op basis van de gemeten PAR-som.

Tekst en foto’s: Pieternel van Velden.





Gerelateerd