Vanaf 1 januari 2023 heeft de glastuinbouw geen uitzonderingspositie meer en valt ook zij onder de energiebesparingsplicht. Dat blijkt uit het ontwerpbesluit tot wijziging ‘Besluit activiteiten leefomgeving’ in verband met actualisatie van de energiebesparingsplicht, die de minister voor Economische Zaken en Klimaat vorige week naar de Eerste en Tweede Kamer stuurde. “De maatregel werd verwacht en schept extra verplichtingen, maar die leveren op termijn ook wat op”, zegt Alexander Formsma van Glastuinbouw Nederland.

Het Besluit activiteiten leefomgeving en het Besluit bouwwerken leefomgeving verplicht bedrijven en instellingen om alle energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd van vijf jaar of minder uit te voeren (zie de Erkende Maatregelenlijst voor energiebesparing). De besparingsplicht geldt voor locaties van bedrijven en instellingen die per jaar vanaf 50.000 kWh elektriciteit of 25.000 m³ aardgas(equivalent) gebruiken.
De energiebesparingsplicht omvat ook maatregelen met een terugverdientijd van vijf jaar of minder die geen energie besparen, maar wel de CO2-uitstoot verminderen. Voorbeelden hiervan zijn het opwekken van hernieuwbare energie en het overstappen naar een energiedrager met een lagere CO2 uitstoot.

Betrokken bij uitwerking

“De aanpassing van het besluit is al in april aangekondigd door de minister en komt dus niet als een verrassing”, zegt specialist Energie en Klimaat Alexander Formsma namens Glastuinbouw Nederland. Hij zegt het jammer te vinden dat de belangenorganisatie nauwelijks betrokken werd bij de verkenning door het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat. “Er heeft slechts één gesprek plaatsgevonden, dus dat viel wat tegen. Wij worden wel nauw betrokken bij het opstellen van een nieuwe, sectorspecifieke lijst van maatregelen en de rekenmethodiek waarmee een ondernemer kan berekenen of een maatregel voor zijn/haar bedrijf in vijf jaar is terug te verdienen. Dat moet de komende maand zijn beslag gaan krijgen.”

Terugverdientijd van vijf jaar

De besparingsplicht gaat voor de meeste bedrijven en locaties gepaard met een informatieplicht en een onderzoeksplicht. Dat komt weliswaar dwingend over, maar het levert de bedrijven ook het nodige op, stelt de energiespecialist. “De besparingsplicht beperkt zich tot maatregelen die voor een specifiek bedrijf binnen vijf jaar zijn terug te verdienen”, zegt hij. “Dit betekent dat de bedrijven al vrij snel extra rendement kunnen halen uit de investeringen die daarvoor nodig zijn.”

Besparen en verduurzamen

In de Nota van toelichting wordt melding gemaakt van maximaal 12 miljoen euro per jaar aan extra investeringen op sectorniveau. “Dat zal om een schatting gaan, want de detaillering van maatregelen en berekeningswijze moeten nog volgen”, zegt Formsma. “Voor de ruim 4.600 glastuinbouwlocaties die er nu zijn, is dat geen schokkend bedrag. En zoals ik al zei, is de terugverdientijd van vijf jaar vanuit bedrijfseconomisch perspectief best interessant. Bovendien doet energiebesparing meer dan het verlagen van onze energierekening. Het draagt ook bij aan de verduurzaming van de sector op weg naar een fossielvrije toekomst, waarover al eerder afspraken zijn gemaakt. De energiebesparingsplicht kan de bedrijven ook helpen om dat te realiseren.”

Tekst: Jan van Staalduinen