Pieter Kolk uit Aalsmeer teelt ruim 1,5 ha snijhortensia’s. De afgelopen twee winters gebruikte hij een pyrgeometer die het warmteverlies van zijn kas door uitstraling registreert, die is uitgerust met een uitgebreide schermregeling. “Sinds ik de uitstraling meeweeg in mijn strategie, scherm ik actiever en langer. Mijn gasverbruik is daardoor merkbaar verlaagd.”

Vlak voor Moederdag is Pieter Kolk goed gemutst. Zijn Hydrangea’s stonden mooi op snee, dus hij heeft volop geprofiteerd van de relatief hoge prijzen. “Ik wil altijd vroeg aan de markt zijn, vóór de meeste collega’s”, licht hij toe. “Daar stem ik de rassenkeuze, het snoeien en het klimaatregime echt op af. Je moet er iets meer moeite voor doen en op tijd beginnen met stoken, maar daar worden we nu goed voor beloond.”

Teeltstrategie

Kolk teelt twaalf cultivars in een vorstvrije kas van 13.000 m² en een warme kas van 2.500 m². Hij gebruikt in beide kassen twee scherminstallaties met een transparant en een ‘echt’ energiescherm.
“De stookteelt moet voor de langste dag klaar zijn”, legt hij uit. “Dan snoeien we de meeste takken ver terug. Vervolgens lopen de knoppen rustig uit tot een taklengte van zo’n 30 à 40 cm. Rond 1 januari gaan de bloemknoppen schuiven en stoken we op naar 15ºC in de nacht en 17ºC overdag. Half april zijn de eerste takken oogstrijp, de week voor Moederdag moeten we pieken. Daarna loopt het af tot half juni.”
De productie wordt voortgezet vanuit de grotere koude kas, die verdeeld is in twee afdelingen. De vroegste afdeling krijgt vanaf februari na zonsopkomst gedurende drie uur per dag een temperatuurstoot bij een buistemperatuur van 50ºC om de bloemontwikkeling en uitgroei te stimuleren. Begin juni komen de eerste takken in bloei. Afdeling twee blijft het hele jaar koud (vorstvrij) en bloeit vanaf eind juli tot november.

Stralingsverliezen

Hoewel snijhortensia’s geen hoge warmtevraag hebben, besloot de Aalsmeerse teler twee jaar geleden toch om een pyrgeometer aan te schaffen. “Door uitstraling gaat er op heldere, koude momenten ongemerkt veel warmte verloren”, licht hij toe. “Dat weten we natuurlijk al langer, maar wat doe je met dat gegeven? Daar heb je data voor nodig en meten is weten.”
Een dergelijke meter registreert de uitstraling, zodat je de schermstrategie daar bewust op kunt afstemmen. “Een programma met uitgebreide schermregeling had mijn voorkeur. Niet dat ik alle mogelijkheden echt nodig heb of actief wil benutten, maar je kunt er wat meer mee spelen en dat helpt om er een gevoel bij te krijgen.”

Zonnige, koude namiddag

Kolk zegt er vooral profijt van te hebben op zonnige, koude winterdagen. Zonder schermen kun je door uitstraling soms wel 65 W/m² verliezen. “In de donkere uren blijven mijn schermen uiteraard altijd dicht, maar overdag wil je zoveel mogelijk licht benutten. Waar je met de uitgebreide pyrgeo-schermregeling winst kunt behalen, is tijdens de voor- en nadag. ’s Ochtends doe ik weinig concessies aan het groeiklimaat, maar in de middagen ben ik duidelijk actiever gaan schermen. Op zonnige, koude dagen liggen beide schermen soms al om half drie dicht. Voordat ik deze regeling gebruikte, was dat ondenkbaar.”
Dankzij de metingen realiseerde Kolk zich al snel dat er op zonnige wintermiddagen vaak meer geld verloren ging door warmteverliezen, dan er aangroeide onder invloed van het winterse zonnetje. “Als het buiten koud is en binnen lekker warm en tamelijk zonnig, heb je de neiging om dat aan de zon toe te schrijven”, zegt de teler. “Je gaat er dan gemakkelijk aan voorbij dat de ketel hard moet werken om de hoge uitstraling te compenseren. Zoveel kracht heeft de winterzon immers niet na een uur of twee ’s middags. Dat tweede scherm kun je dan rustig een uur eerder dichttrekken.”

Omstandigheden

Om zijn inzicht te vergroten en te leren wanneer de uitstraling wel of niet doorslaggevend is, stopt de sierteler aardig wat tijd in data-analyse en het spelen met setpoints en de regelingen. Ook al zou het goed werken, voorlopig wil hij nog niet op de automatische piloot vertrouwen. In de uitgebreide regeling en grafieken valt veel te ontdekken en daar leert hij nog steeds van.
Meestal laat hij het scherm dichtlopen bij een uitstraling van 40 W/m², vertelt hij. “Door andere factoren kan het iets eerder of later worden. Ik houd de kastemperatuur en het vochtdeficit goed in de gaten, omdat die leidend zijn voor de teelt. In de ochtend stook ik op bij een buistemperatuur van 40ºC, trek ik zo nodig een schermkier om vocht af te voeren en laat de schermen bijtijds opengaan om licht toe te laten. Het transparante scherm blijft meestal langer dicht. Na de middag let ik scherper op de buitentemperatuur, de windrichting en de windsnelheid. Een stevige, koude wind uit het noorden of oosten onttrekt ook veel warmte, dus dan mag het tweede scherm nog eerder dicht.”

Welkom gereedschap

Hoewel zijn warmteverbruik bescheiden is en hij tot 2025 verzekerd is van een gunstige gasprijs, is de hydrangeateler ervan overtuigd dat de uitgebreide pyrgeoschermregeling zijn geld waard is. “Het is altijd lastig om het verbruik te vergelijken met andere jaren, maar ik kan in de grafieken zien dat ik meer schermuren maak en dat ik daarmee gas bespaar. Daarom zou ik dit gereedschap niet willen missen. Ik kan iedere teler met een substantieel gasverbruik die deze regeling nog niet gebruikt, aanraden om er op zijn minst eens goed naar te kijken.

Pyrgeometing met standaard of uitgebreide schermregeling

 

Een pyrgeometer boven het kasdek meet continu de uitstraling van warmte naar de hemel. Dit geeft inzicht in het warmteverlies van de kas. Bij een heldere hemel is de uitstraling hoger dan bij een bewolkte hemel.

 

Door de meetwaarden op te nemen in schermregeling wordt uitstraling consequent meegewogen. Dit vermindert het energieverlies en kan een te sterke afkoeling van het groeipunt boven in de kas voorkomen.

 

Uitgebreide regeling

Diverse softwareaanbieders van schermregelingen hebben pyrgeoregeling opgenomen in hun basispakket. In een aparte module biedt Sercom een uitgebreide regeling aan. Hiermee is een dynamischer koppeling mogelijk met meerdere randvoorwaarden, zoals de stralingsgrens, de buitentemperatuur, het temperatuurverschil tussen binnen en buiten en de belasting van het verwarmingssysteem.
Het voornaamste verschil met de standaardregeling is de instelbare toe- en afnamesnelheid van de pyrgeometing. Hiervoor moet in de configuratie de geavanceerde energieschermregeling worden benoemd. Door de metingen meer of minder te middelen kan het scherm rustiger of sneller reageren. Schermregeling op absolute buitentemperatuur blijft mogelijk, waardoor het scherm bij strenge vorst automatisch sluit en een te lage ruimtetemperatuur wordt voorkomen. Koppeling aan windsnelheid is ook mogelijk, omdat een kas meer (convectie)warmte afgeeft naarmate de windsnelheid hoger wordt.

Tekst en beeld: Jan van Staalduinen